Buitengerechtelijke bescherming
Buitengerechtelijke bescherming
JustWatch
Essentie van dit alternatief voor bewindvoering: voor wie ? wat houdt het in ?
DE ESSENTIE
Naast de gerechtelijke bescherming (met de vrederechter en een bewindvoerder) organiseert de nieuwe wet een soort ‘geprivatiseerde’ bewindvoering.
Juridisch ‘bekwame’ mensen kunnen via een speciaal soort volmacht op voorhand bepalen wie later in hun plaats hun belangen zal waarnemen en hoe dat moet verlopen: zo schakelt u niet alleen de (soms dure) bewindvoerder maar zelfs de vrederechter uit.
Immers heeft dat systeem dan voorrang op de gerechtelijke bescherming (van de bewindvoering).
De wet noemt dit met de terminologie van het Burgerlijk Wetboek de ‘lastgeving’, waarbij de ‘lastgever’ een soort volmacht’ geeft aan de ‘lasthebber’. Die laatste zal dan voor materiële zaken (niet voor ‘persoonlijke zaken zoals patiëntenrechten) optreden in de plaats van de ‘lastgever’ die feitelijk wilsonbekwaam zou geworden zijn.
In mijn handboek ‘Kwetsbaren in het nieuwe recht’ pleit ik ervoor die strenge termen van ‘lastgeving’, ‘lastgever’ en ‘lasthebber’ te vervangen door ‘plaatsvertrouwing’, ‘plaatsvertrouwer’, en ‘plaatsvertrouwde’: het gaat er inderdaad om dat iemand zijn plaats toevertrouwt aan iemand anders voor het geval hij/zij zelf zijn/haar materiële belangen niet meer behoorlijk zou kunnen waarnemen.
HET ALTERNATIEF VOOR BEWINDVOERING
Inderdaad organiseert de nieuwe wet ook een soort ‘geprivatiseerde’ bewindvoering: de rechtsbescherming buiten de vrederechter om van wie feitelijk wilsonbekwaam is geworden.
Wat de wet van 21 12 2018 nu uitdrukkelijk organiseert (zorgplanning) was immers voordien niet verboden, en in mijn modellen en lezingen ook al langer gepromoot. De nieuwe wet betekent wel een welkome aanmoediging op dat punt.
Juridisch ‘bekwame’ mensen (dus bv. niet verlengd minderjarigen) kunnen via dat soort volmacht op voorhand bepalen wie later (bij feitelijke wilsonbekwaamheid ingevolge ziekte, ongeval, dementie...) in hun plaats hun goederen (financiën, woning, facturen, ....) zal beheren en hoe dat moet verlopen. Het is een soort “testament” met dien verstande dat het gaat over wat tijdens je leven (!) met je huis en je centen gebeurt, maar ook hoe voor je gezorgd moet worden.
Zo schakel je niet alleen de externe bewindvoerder maar zelfs de vrederechter uit.
Tegelijk maakt dergelijk contract vermogensplanning mogelijk: je kan er o.a. schenkingen vanuit je eigen patrimonium (van bankgiften tot onroerende goederen) in toelaten die dus nog tijdens je leven door de volmachthouder kunnen uitgevoerd worden – kwestie van de fiscus minder gretig aan bod te laten komen wanneer je later overlijdt.
VOOR WIE ?
Dergelijke regeling is niet alleen van belang voor senioren: ook jonge mensen kunnen door dergelijk contract na een ongeval (bv. als comapatiënt) vermijden dat buitenstaanders (advocaat-bewindvoerder en vrederechter) over hun woning of handelszaak beslissen en dat beheer aan hun familieleden en/of vrienden toevertrouwen.
Zelfs indien die regeling niet openstaat voor juridisch onbekwamen, hebben ook ouders van mensen met een beperking er belang bij. Immers kunnen zij het beheer van hun eigen vermogen dan afstemmen op die specifieke familiale situatie. In al onze aandacht voor testamentaire regelingen, vergeten we te vaak te voorzien hoe ons vermogen beheerd zal worden wanneer we nog wel leven, maar door gezondheidsproblemen zelf niet meer kunnen beslissen.
WAT HOUDT DAT ALTERNATIEF IN ?
Indien zo’n volmacht overeengekomen werd heeft dat systeem vervolgens voorrang op de gerechtelijke bescherming (de bewindvoering via de vrederechter).
De wet noemt dergelijke volmacht met de wat akelige terminologie van het Burgerlijk Wetboek de ‘lastgeving’, waarbij de ‘lastgever’ een soort volmacht’ geeft aan de ‘lasthebber’. Die laatste zal dan voor materiële zaken (niet voor ‘persoonlijke zaken’ zoals patiëntenrechten) optreden in de plaats van de ‘lastgever’ die feitelijk wilsonbekwaam zou geworden zijn.
In de inleiding van mijn handboek ‘Kwetsbaren in het nieuwe recht’ (p. 14) pleit ik voor een alternatieve term voor die kwalijke termen van ‘lastgeving’, ‘lastgever’ en ‘lasthebber’: het doet te veel denken aan lastposten en overlast.
Daarenboven is het ook juridisch zeer vervelend dat hetzelfde begrip twee ladingen dekt: één maal de ‘gewone’ lastgeving van art. 1984 – 2010 BW, en een tweede maal de specifieke lastgeving van art. 490 BW.
TERUG NAAR HET HOOFDMENU BEWINDVOERING : klik hier.
DISCLAIMER:
ook deze blog houdt overeenkomstig de disclaimer (link hier) geen juridisch advies in. Contacteer daarvoor een advocaat of een notaris. Verifieer ook updates van deze pagina of volg mijn Summer School over bewindvoering (data via de home pagina).
BUITENGERECHTELIJKE BESCHERMING: de ‘lastgeving’ ook ‘voorzorgvolmacht’ genoemd of ... ‘plaatsvertrouwing’.
“Recht spreken kan het verhaal worden waardoor de rechter mens wordt, en de mensen menselijker maakt. Daar wortelt zijn vrijheid, en zijn verantwoordelijkheid.” (*)
G. Rommel, vrederechter St. Gillis B.
naam Jan Nolf
beroep vrederechter Kanton Roeselare
WEBSITE www.vredegerechtroeselare.be
OnderwerpeN Justice