Het was een mooie opdracht met een lange aanloop, en het werd er een met een lange uitloop.

In de lente van vorige jaar kreeg uw #justitiewatcher - ook als echo op z’n bijdragen in De Juristenkrant daarover - de vraag om voor het Notarieel & Fiscaal Maandblad (Kluwer) een bijdrage te schrijven over de nieuwe wetgeving (van 2023) inzake voorzorgvolmacht en bewindvoering.

Het was een opdracht die ik graag aanvaardde, mits wat uitstel, om twee publicaties af te wachten en te verwerken:

1. -het 10 jaar lang verwachte KB over de kosten en vergoedingen bij bewindvoering, dat finaal op 18 mei 2024 uitgevaardigd werd, op 24 juni in het BS verscheen, maar dan meteen holderdebolder op 1 juli 2024 in werking trad: een eerste kritische bespreking ervan vond u in De Juristenkrant van 06 11 2024 (‘Wie beschermt de ‘beschermde personen’ tegen de ‘Bewindvoerder In Vastgoed’?’).
   

1. -het in 2013 wettelijk aangekondigde Evaluatierapport 2014-2024 over de toepassing van de (toen) nieuwe wetgeving bewindvoering, die tussendoor in 2018 al aangepast werd, maar ook nog op de valreep in 2024 door de 2 ‘sneltreinwetten’, die ik al besprak in De Juristenkrant van 22 11 2023 (‘De nieuwste wet bewindvoering: een sneltreinwet, met gemiste stations’) en 20 12 2023 (‘Hoe beschermd zijn de politieke rechten van ‘beschermde personen’ nog?’), evenals 20 11 2024 (‘Tien jaar ‘nieuwe’ bescherming van kwetsbaren geëvaluaeerd’) en 04 12 2024 (‘Teveel volmachten? Nee, te weinig !’).
   

Tijdens het schrijven deinde de bijdrage voor het NFM uit tot een stevig boek (net geen 700 voetnoten...), dat Kluwer dit voorjaar publiceert in de ‘Reeks Notariële Praktijk Studies’ (RNPS) onder de titel ‘Voorzorgvolmacht en bewind. Van principes naar praktijk’.

Graag verwijs ik naar de nu gepubliceerde bijdrage, die al deels een sluier oplicht van het boek, maar meteen een handige wegwijzer is voor de nieuwe kostenregeling. De principes en uitwerking ervan zijn immers transparanter, maar allerminst eenvoudiger dan voorheen. En vast en zeker ook voor fundamentele kritiek vatbaar.

U las die bijdrage digitaal (Not.Fisc. M. 2025/1, 4-14) sinds 24 januari, en op 29 januari lag de papieren editie voor de abonnees in de brievenbus.

Feedback is altijd welkom, via mail of social media (nu minder op Twitter, maar ook Bluesky en LinkedIn).

M’n grote dank gaat uit naar de redactie van het Notarieel & Fiscaal Maandblad, in het bijzonder Notaris Hélène Goret, evenals de peer reviewers, en het attente, professionele team van Kluwer !