dagboek van mijn laatste jaar
dagboek van mijn laatste jaar
2010/11
Op de debatavond van Magistratuur en Maatschappij (zie de link hier) zal ik wel de enige vrederechter in de zaal geweest zijn, maar waarom zouden ook civilisten niet mogen/moeten nadenken over de recentste voorstellen tot hervorming van het strafprocesrecht ? Hoe we met bestraffing omgaan, bepaalt ziel en gezicht van een samenleving. Het is de zaak van eenieder. “Touche pas à mon juge d’instruction”, schreef ik op mijn blog van 10 12 2010 (klik hier).
Meester Van Hende, die na Procureur - Generaal Schins en onderzoeksrechter Van Cauwenberghe het woord nam, kreeg de lachers op zijn hand toen hij verzuchtte dat het net als in een strafproces was: eerst het parket, dan de onderzoeksrechter, en daarna is de tijd op...”. Er leek wel plots een ontlading van empathie in de zaal, maar dat zal aan het hoog aantal advocaten gelegen hebben ;-)
Iets ànders wat a-typisch: ik hoorde een procureur-generaal die pleitte, een onderzoeksrechter die zich verdedigde, en een advocaat die rekwireerde. Alvast was dàt de toon.
P.G. Schins ritste het debat (opnieuw) open zoals in De Juristenkrant van 08 12 2010 (zie de link hier): het duurt allemaal te lang, te veel zaken lopen daardoor op een sisser af. Het moet efficiënter. En vooral: die onderzoeksrechter hebben we niet nodig want het Openbaar Ministerie is “geen tegenpartij”, maar “een partij” en voor een objectief onderzoek, waarin de verdediging zelfs vroeger dan nu betrokken kan worden.
Zijn historisch argument was wel zwak: dat de onderzoeksrechter “afstamt” van Napoleon, is waar, maar in die logica moet je ook ‘tabula rasa’ maken met onze eigenste Code Civil (gelukkig niet de vrederechters, die dateren al van de Franse Revolutie ;-)
Karel Van Cauwenberghe, ook voorzitter van de Vereniging van onderzoeksrechters voelde zich niet direct aangesproken als “zoon van Napoleon”, maar opperde de mogelijkheid van een DNA-onderzoek ;-) Net als advocaat Van Hende is hij wel te vinden voor een vereenvoudiging van de procedure (met name de raadkamer kan herdacht worden), maar benadrukt ook het verschil tussen de functie van een ‘rechter’ en het Openbaar Ministerie. De Zwarte Piet voor de vertraging moet het O.M. niet in het mandje van de onderzoeksrechter leggen: vaak talmt het parket met de eindvordering waarop iedereen wacht.
Meester van Hende viel hem daarin graag bij: zelfs als advocaten rechters pogen te wraken, is het nog altijd een rechter die over die wraking oordeelt, en als het verzoek ingewilligd werd, waren daar blijkbaar goede redenen voor. Als daarna het parket 3 jaar lang niets meer ondernam in één bepaalde zaak, was dàt niet de schuld van de advocaat.
Ook andere advocaten in de zaal staken hoorbaar stekels op tegenover wat aangevoeld wordt als een milde “machtsgreep” van het Parket.
Wat de P.G. - hierin enthousiast bijgevallen door een Gents parketmagistraat - deed opmerken dat nu al 95 % van de zaken aangebracht worden zonder tussenkomst van de onderzoeksrechter: bewijs van onpartijdigheid in het algemeen belang.
Eén ootmoedige bekentenis van de P.G.: “er zijn partijdige substituten, maar er zijn ook partijdige onderzoeksrechters”.
Ik zal hem graag bijtreden. Ooit zetelde ik een tijdje in een commissie die bepaalde praktijken moest onderzoeken. Een collega was een onderzoeksrechter, en ik heb hem nooit een vraag zonder insinuaties weten stellen. Misschien was dat de stijl van toen. Een auditeur in dezelfde commissie daarentegen, kon zijn vragen altijd neutraal formuleren, om er vervolgens dieper op in te gaan. Ik voelde me daar altijd plaatsvervangend beter bij.
En ooit, als piepjong advocaat, beleefde ik het dat de voorzitter van de Kamer van Inbeschuldigingstelling het Strafwetboek (editie Story !) gooide naar mijn bejaarde medepleiter die - lang voor dat bijna een reflex werd - de “overschrijding van de redelijke termijn” aanbracht: “we zijn hier niet in Rusland” waren de woedende woorden van het Hof, en de zaak was gehoord. En het wetboek had gelukkig het voorhoofd van de frele advocaat gemist. Het boek raakte nog de muur achter hem: je zou denken dat die raadsheer een geoefend kogelstoter was. Die scène zie ik voor me als gisteren. Ze heeft me voor altijd waakzaam gemaakt voor sabelvreters in toga: in dié zin ben ik altijd advocaat gebleven.
Professor Deruyck die bewust voorzichtig modereerde, illusteerde wel als “ervaringsdeskundige” de overbodigheid van de Raadkamer: één minuut om te pleiten kreeg hij als jong advocaat, en die was blijkbaar voorbijgeflitst als een figuurlijke schrikseconde. De boeiendans voor de raadkamer: Justitie kan inderdaad nog héél veel besparen op ceremonie.
Evenwel, als je een beter systeem uitdenkt, mag het niet meer aan de mensen kunnen liggen, of hun gebrek aan opleiding, of de gebrekkige selectie, bij gebreke aan profielomschrijving (en dat geldt ook voor de vrederechters...).
Een voorstel tot afschaffing is snel gebeurd, en een krachtig signaal. Het nieuwe veld intekenen, is een ander paar mouwen. De P.G. herhaalde meermaals dat hij nog geen ‘draft’ van een nieuw strafprocesrecht op zak had.
Misschien verander je een systeem ook beter niet, enkel omdat de centen mankeren, de computers niet functioneren, en de benoemingen uitgesteld worden, waardoor de vertraging ook al voor een heel stuk verklaard wordt.
En om het strafonderzoek helemaal aan het parket toe te vertrouwen, is wél een niet te onderschatten omschakeling van het hele ‘instituut’ noodzakelijk.
Vandaag de dag speelt iedereen een beetje “rechtertje”, en zo krijg je de illusie dat professionele neutraliteit toch een evidentie is voor al wie op de een of andere manier met openbaar gezag bekleed is. Allemaal mensen met goede bedoelingen: wijk-werkers spelen vrederechter, sanctie-ambtenaren spelen GAS-politierechter, parketmagistraten doen aan (soms energieke) bemiddeling - tot ik bijvoorbeeld méér dan eens een ‘machtiging’ tot ondermaatse transactie aan een voogdes ad hoc weigerde, die haar in het kader van strafbemiddeling voorgesteld was voor een aangerande of mishandelde kinderen (o.a. Vred. Roeselare 05.07.2005, niet gepubl. & 27.10.2005, met verwijzing naar o.a. het Kinderrechtenverdrag, T. Vred., 2007, 268 - zie rubriek 11 in het overzicht rechtspraak hier).
Rechters zijn niet overbodig, ook niet in het onderzoek, en dééls is dat toch een beetje de illusie van de denkpiste Schins, die meester Van Hende vooral wijt aan de “kater” van spectaculair verjaarde zaken, waar inderdaad (bijna) iedereen zich aan ergert.
De P.G. ging op in een bevlogen pleidooi over “wat de samenleving niet meer aanvaardt”, en zijn verontwaardiging siert hem. Maar “de samenleving” is ook à 66 % voor de doodstraf als je de reacties in de kranten leest na de zoveelste gruwel.
De vervanging van de onderzoeksrechter door een zuiniger ingezette ‘rechter van het onderzoek’ zal er mathematisch niet met een vingerknip voor zorgen dat het Parket 200 % sneller werkt, en slechts met (100 - 95 =) 5% méér “objectiviteit” moet opereren.
Zo eenvoudig is het niet, en de bijna hilarische ‘dissenting opinion’ die de P.G. citeerde uit de Europese rechtspraak was wel erg kritisch tegenover de onderzoeksrechter, maar verre van representatief voor de rol van het Parket (zie hierna de link naar Le Monde van 23 11 2010).
Raadsheer Alain Bloch waarschuwde voor de afstandelijke rechter van het onderzoek, zonder perspectief op het geheel: precies vanuit zijn internationale terreinervaring, daar waar P.G. Schins graag refereert naar het buitenland. Het risico dat dwangmaatregelen bekomen worden door selectieve ‘brokjes’ van het dossier voor te schotelen: goesting doet eten ?
P.G. Schins waarschuwt uiteraard terecht voor de ver-woestijning van het strafonderzoek: de rivier bereikt de zee niet meer, wegens te wijde meanders, te vaak afgedamd. KB-Lux en Beaulieu als de Aral-meren van Justitie. Maar daar spelen véél factoren in mee, erkent hij ruiterlijk zelf, al wijst hij dan altijd de onderzoeksrechter aan als een soort spel(onder)breker.
Hij lijkt ook wel wat op de verkeersdeskundige die van buurtwegen, autostrades wil maken, om sneller vooruit te raken: wég met de ronde punten en de verkeersdrempels. Ten koste van ?
P.G. Schins lijkt wel vooral te pleiten: “trust us, we’re professionals, we can take care of this”. Wààr hebben we dat nog gehoord ? Dat is vooral géén antwoord op de echte vragen. Zal het parket de spelregels beter beheersen die het zelf schrijft ? Regelt macht zich zelf ?
En één ding vraag ik me af: de “verrechterlijking” van het parket lijkt erg haaks te staan op het “positief injunctierecht” van de Minister van Justitie, want die heb ik nog nooit een onderzoek “ten ontlaste” weten bevelen. Ook de detachering van parketmagistraten naar ministeriële kabinetten allerhande, F.O.D. Justitie in de eerste plaats, zal dan wel afgeschaft worden ? Dat moeten we dan nog horen en zien. Zoals ze in Frankrijk - waar maandenlang betoogd werd voor het behoud van de onderzoeksrechter - aan spooroverwegen waarschuwen: “un train peut en cacher un autre”....
Wat u vast niet gemist hebt - Ce que vous n’avez certainement pas râté - You didn’t miss this one did you ?
31 03 2011 ‘Strafonderzoek en klassenjustitie’ (Walter Thierry in De Wereld Morgen)
29 03 2011 ‘Les magistrats ont de l’humour (à propos des moyens de la justice’ (Paroles de Juges)
09 09 2010 Memorandum van M & M aan de informateur
14 09 2008 “Le coq dans la piscine et le statut du Ministère Public” (Paroles de juges)
My favourite Court: bezoek aan waar de Brugse onderzoeksrechters ooit huisden
A quote a day, keeps the doctor away ;-)
“M&M wil, als onafhankelijke magistratenvereniging, getuigenis brengen van het feit dat neutraliteit geen onverschilligheid betekent voor het maatschappelijk gebeuren en voor de noden van een democratische samenleving”
Inleiding van staatsraad Pierre Lefranc, voorzitter M&M (in opvolging van ere-vrederechter Freddy Evers).
Photo of the day:
Strafwetboek & Wetboek strafvordering editie Story, qua gewicht ook geschikt voor kogelstoten...
Poem of the day:
“Aan de vooravond van nooit vertrokken
Hoeft men tenminste geen koffers te pakken
Noch plannen op papier te zetten,
Met onbedoelde begeleiding van wat men vergeet,
Voor het nog vrije deel van de volgende dag.”
Fernando Pessoa, Gedichten 18 12 1934
You Tube of the day:
“Studenten betwisten resultaten examens” (ATV)
Vind met uw cursor de links in de teksten. Trouvez avec votre curseur les liens dans les textes. Find with your curser the web links in the texts.
de zoon van napoleon ?
31 maart 2011
ik hoorde een procureur-generaal die pleitte, een onderzoeksrechter die zich verdedigde, en een advocaat die rekwireerde. Alvast was dàt de toon.