Questioning Justice
Questioning Justice
2016-17
Op deze blogpagina vindt u het eerste deel van het derde hoofdstuk van m’n openingscollege politicologie in de faculteit rechten op 15 2 2017 op uitnodiging van professor Carl Devos en enkele van de slides.
Over Administratieve justitie en GAS-boetes - die hier aan bod komen - leest u verder uitvoerig in m’n boek ‘De kracht van rechtvaardigheid’ o.a. p. 179 - 192 en op de GAS-pagina van m’n blog.
GAS: de Gemeentelijke Administratieve Sancties.
Ik ben een sportief verliezer. Ik zal niet zeuren over de beide arresten van het Grondwettelijk Hof van 23 april 2015. Ik had overigens na de pleidooien mijn wat sombere pronostiek gegeven. Deels was die ingefluisterd door de commentaar waarmee voorzitter Alen de behandeling afsloot: “allez, nu de volgende staatszaak”. Zelfs toprechters geven al eens een hint zonder dat ze het goed beseffen. Dat was niet bemoedigend.
Toen ik eind maart 2013 een mail ontving van Siegfried Bracke, de toenmalige voorzitter van de commissie Binnenlandse Zaken had ik weinig illusies. Ik kreeg – net zoals een aantal organisaties de gelegenheid om een schriftelijk advies te geven. Dat advies van 15 april 2013 kan u nog altijd lezen op mijn website justwatch.be.
Ik dacht het wat handig en dus gematigd te spelen en riep op tot en ‘moratorium’ en ‘grondige wetsevaluatie’. De hervorming leek me immers een gevaarlijk kantelmoment: ‘GAS zal nu eindeloos doordraven’, waarschuwde ik.
Het is ondertussen bijna zover. GAS werd ondertussen een sluipend gif.
De parallelle strafrecht dat groen licht kreeg, is de kinderschoenen ontgroeid, kreeg de eerste bottinnekes en straks misschien laarzen.
Ballons voor extreem verreikende administratieve maatregelen als een justitie-bis worden om de haverklap opgelaten: voorstellen voor administratieve lijsten van vermoedelijke geradicaliseerden en (eventueel voor hen) administratief besliste enkelbanden.
In De Zevende Dag werd op 29 11 2015 gediscussieerd over de mogelijkheid van een enkelband als administratieve sanctie in het geval van radicalisering. “Knettergek”, vond Stefaan Van Hecke van Groen. Volgens Koen Metsu van N-VA “zijn we echter de tijd voorbij van denken in termen van wat kan en mag”.
De voorzitter van de bijzondere commissie over terreurbestrijding voegde daar op 31 01 2016 een nieuw voorstel voor administratieve blacklisting aan toe: ‘weiger radicalen toegang tot bezoekersruimtes in gevangenissen’.
Zo’n lijst bestaat nochtans al, en wordt opgesteld door het OCAD – al bestaat bij uitstek ook al daartegen geen enkel juridisch verhaal – noteerde Jos Vander Velpen, voorzitter van de Liga Voor Mensenrechten. Daarenboven zouden met een extra-lijst – die ook strijdig zou zijn met de wet vooral familieleden van bezoek uitgesloten worden, wat extra frustratie en een nieuwe bron voor radicalisering zou kunnen zijn.
Daarenboven voorziet de Basiswet (van 12 januari 2005 betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerden) “een duidelijke regeling voorzien die de directeur toelaat bezoeken te weigeren. Zo kan bezoek van naaste familie worden ontzegd wanneer er geïndividualiseerde aanwijzingen bestaan dat het bezoek de handhaving van de orde of de veiligheid ernstig in gevaar kan brengen...(...)”.
De Basiswet gevangeniswezen is het resultaat van decennia lange reflexie, wordt geschraagd diverse verdragen (UVRM, EVRM, BUPO)...) en door uitspraken en adviezen van talrijke internationale rechtscolleges en controle-organen (CPT, Human Rights Commitee en EU commissaris voor mensenrechten).
Daar bovenop komen in een noodtoestand à la belge, zoals voorgesteld in het plan ‘Verandering door Veiligheid’ administratieve beslissingen voor huiszoekingen, afluisteren, huisarrest en preventieve detentie.
Het hele concept van een noodtoestand is geschraagd op nieuwe en ingrijpende administratieve bevoegdheden van parket en burgemeester die ik in een opinie ‘oorlogsburgemeesters’ noemde.
Ik was niet de enige die herinnerde aan de administratieve in plaats van gerechtelijke techniek die in de repressie na WO II toegepast werd: die van ‘de lijst van de procureur’ die destijds zonder enige tussenkomst van de rechter het verval uitsprak van de burgerrechten van vermoede incivieken.
“We gaan de moslims toch niet aandoen wat men de flaminganten heeft aangedaan ?” vroeg Bart Somers – zopas verkozen tot ’s werelds beste burgemeester (waarvoor bij deze proficiat) - nog luidop gisteren, 14 februari 2017 terecht in Humo.
Net als Bart Somers weet ik waar ik over spreek.
Bijvoorbeeld de beslissing van de krijgsauditeur op 5 11 1946 over mijn moeder, voor een verval van 20 jaar om – net als een 6.000-tal anderen, tijdens 1942 en 1943 lid geweest te zijn van D.M.S., de Dietse Meisjesscharen, een meisjesafdeling van de Nationaal-Socialistische Jeugd Vlaanderen, die zich tot taak gesteld had “ons volk al spelend en zingend terug te voeren naar de klare bronnen van zijn eigen aard”.
Opmerkelijk: die periode van mijn moeder en haar werk voor een transportfirma die meewerkte aan de bouw van de Atlantikwall valt deels samen met de periode van officiële erkenning van mijn vader als na de oorlog gedecoreerd werkweigeraar: “... heeft de periode van 24 11 1943 tot 8 9 1944 in de onwettelijkheid doorgebracht met het oog zich te onttrekken aan de vijand”.
Mijn moeder had dus een Duitsgezinde lidkaart op het moment dat mijn vader ondergedoken was met een valse identiteitskaart: zijn echte voornaam en een valse familienaam.
Ook dàt was ‘fraude’ om te ontkomen aan de vijand. Vandaar doen sommige vluchtelingen het zelfde, maar betrapt worden ze afgevoerd op het principe ‘dura lex sed lex: fraus omnia corrumpit’.
Ik ken een beter Latijns alternatief, met meer hoop en perspectief: Amor omnia vincit.
Ik ben het fysieke product van Belgische verzoening en dat verhaal vindt u uitgebreider in mijn boek ‘De kracht van rechtvaardigheid’ (p. 229 ev.) en in De Tijd (Sabato) van 4 februari jl.
Op een moment dat misschien meer historici dan juristen in de politieke sleutelposities zitten, kan het geen kwaad eens achteruit te kijken in de geschiedenis.
Vooreerst toch dit. Ik onderschat terreur niet. Ik stond in de vroege ochtend van 15 oktober 2015 voor het nog rokende puin van het Liberaal Studiecentrum in de Brusselse Napelsstraat: na de bomaanslag van de CCC. Ik ben in de nacht van 21 op 22 maart 2016 op Zaventem geland. Dat Europa nog opnieuw door terreur zal getroffen worden is een sombere zekerheid.
ISIS is een bedreiging voor onze veiligheid, maar geen bedreiging voor onze recht-staat. Dat laatste hangt enkel van onszelf af.
De rechten die we zelf ondergraven, ondergraven we beter, is de lijn van mijn VRT-opinie van 12 09 2016. De ideale schop daarvoor – voorspelbaar in de steekvlammen na een nieuw drama - is de administratieve pseudo-justitie.
Maar als demonstratie van het gevaar van de administratieve pseudo-justitie keer ik even terug tot een kleine #bestoff. Daarna serveer ik u een kersverse Gentse case (in aflevering nr 4 van deze blog).
Laat ik starten met die ene keer dat de Brusselse GAS-ambtenaar géén GAS-boete uitdeelde: op 21 november 2008 aan de betogers van Vredesactie die wat rode (afwasbare kinder-)verf – als symbool van bloed – kladden op de façade van het kabinet van defensieminister Pieter De Crem. Meer dan vijf jaar procedure volgden op klacht van een kribbige ‘Crembo’ voor een schadevergoeding die de Generale Staf tot 3 cijfers na de komma berekend had en ik voor een goed begrip naar boven afrond op ... €234.
Die verspilling van overheidsgeld liep met een sisser af die wel een pluim betekent voor de onafhankelijkheid waarmee parketmagistraten op de zitting mogen afwijken van hun schriftelijke vordering: de procureur vroeg op de zwaarbewaakte zitting van de Brusselse correctionele rechtbank op 7 februari 2014 moedig de ... vrijspraak (daarover m’n Knack - opinie van 07 02 2014).
GAS leidt inderdaad niet altijd tot boetes: het wordt ook ingezet als bedreiging, zoals tegen de groep vakbondsmensen die op 30 april 2014 in Antwerpen een glaasje op een terrasje dronken na afloop van een betoging. Van de Antwerpse politiek kregen ze de keuze: opkrassen of hun hesje omdraaien, zodat het vakbondslogo niet meer zichtbaar was. In het andere geval zouden ze een GAS-boete krijgen voor een niet tijdig ontbonden betoging – een hallucinante interpretatie van de wet waaraan een politieke instructie niet vreemd kan zijn.
Rechtstreekse inmenging is duidelijk wanneer de GAS-ambtenaar de procedure stopzet na interpellaties in de gemeenteraad – zoals de verontwaardiging over de plots bevolen politie-actie na de ‘Monsanto-optocht’ van 25 mei 2013: ook het bakzeil halen illustreert de overmacht van politieke instructies aan de GAS-sanctionerend ambtenaar, die de zaak al meteen had kunnen klasseren.
En dan verklap ik nog niets van die Vlaamse burgemeester die een studentenvereniging bij zich riep voor een ‘goede babbel. Die was met succes aan het procederen tegen een GAS-boete voor een flyer. Na die babbel werd de procedure afgevoerd, maar de GAS-boete ook. Daarover besliste dus niet de GAS-sanctionerend ambtenaar, maar de burgemeester persoonlijk.
Soms biedt enkel beroep bij de politierechter soelaas: zoals de mooie vrijspraak die meester Fernand Keuleneer op 4 januari 2014 bekwam voor een handvol fervente Vlamingen die op de nationale feestdag van 21 juli 2012 voor een foto geposeerd hadden met een Vlaamse vlag: ook al een niet-aangevraagde betoging in de ogen van de Brusselse GAS-ambtenaar (die in hoofdberoep de stadssecretaris is) - daarover m’n opinie op Knack.be van 11 01 2014).
Maar de moedigste – of de slimste – GAS-sanctionerende ambtenaar zit in West-Vlaanderen (en dat kan geen toeval zijn ;-)
Op 1 april 2014 hield in het onvolprezen Wervik de verzamelde oppositie een (datumgebonden) ludieke protestactie tegen de verkeershinder van simultaan geplande wegeniswerken. De toegang tot de gemeenteraad van die dag was een hindernisparcours van rood-witte linten, een verkeersbord en een kruiwagen. Een woedende burgemeester liet verbaliseren, camerabeelden ontleden en zo volgde een oproeping van de vier verdachten één gemeenteraadslid van de partij PP en 3 van CD&V.
U kan op mijn website justwatch.be nog altijd het modelformulier vinden waar toen gebruik van is gemaakt. En het mirakel gebeurde, of eerder, de gemeentesecretaris was zo wijs zijn burgemeester veel miserie te besparen en sprak de oppositie vrij op 24 juli 2014.
Het tweejaarlijkse GAS-wet-verslag dat Binnenlandse Zaken laatst op 17 december 2015 publiceerde bevestigde dat de wet beter gewijzigd wordt dan op mirakels te hopen. De ‘functionele onafhankelijkheid’ van de GAS-sanctie-ambtenaar wordt nergens concreet in enig statuut waar gemaakt. Die lacune leidt tot politieke druk, wordt in het verslag (p. 37) aangegeven.
Anderzijds illustreert het verslag ook de ambities van de sanctie-ambtenaren. Het zegt iets over hoe ze hun rol zien dat voorgesteld wordt hen de titel te geven van ‘nabijheidsmagistraat’. De letterlijke motivering in het verslag (p. 37) is dat ze een rol spelen van “zowel vrederechter, politierechter als openbaar ministerie”.
Met zo’n motivering is er nog wat werk aan de winkel om de trias politica te duiden...
Tot slot is het de voorbode van een weerbarstige behandeling van de recht-zoekende als voorgesteld wordt (p. 49) het beroep bij de politierechter slechts toe te laten voor zover er al verweer is ingediend in de administratieve procedure.
De verkrampte eigengereidheid van ambtenaren – en de politici achter hen – om de nu al erg bemoeilijkte rechtsmiddelen tegen hun beslissingen nog te beperken is veelzeggend.
Het kersverse Gentse verhaal – afgesloten met een wel zeer merkwaardig vonnis op 24 januari 2017 hierna (aflevering 4) zal dat illustreren.
Meer eerst nog het goede nieuws, en dat komt soms van Dendermonde, waar de bekendste politierechter van Vlaanderen zetelt, de schrik van verkeersovertreders maar ook van GAS-ambtenaren.
Vooraf toch even benadrukken: als GAS een van politieke recuperatie doordrongen parallelle justitie is, ligt dat aan de genen van GAS, en die vinden we in de Voetbalwet van 21 december 1998.
De Voetbalwet kwam tot stand in functie van Euro 2000 in het doemdenken van een tweede Heizeldrama. Met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid werd de Voetbalwet bedacht op de tribunes van Club Brugge door de toenmalige premier en voetbalfan Jean-Luc Dehaene.
Procedureel gezien is de eerste GAS-wet van 13 mei 1999 een doorslagje van het administratief mechanisme van de Voetbalwet – ook nog steeds onder de regering Dehaene II en een maand voor de verkiezingen van 13 juni 1999 in volle dioxinecrisis.
Het duurde 15 jaar vooraleer de Voetbalwet met 0-1 naar huis werd gestuurd: nota bene door een beroepsprocedure van de voorzitter van Club Brugge zelf. Voor vermeende schermutselingen bij een match in Lokeren was Bart Verhaeghe bedacht met een boete à €1.000 en een stadionverbod van 5 maanden.
Het vonnis op 13 oktober 2016 van politierechter Peter D’Hondt luidde vernietigend en zowel het parket als de GAS-ambtenaar moesten ervan lusten.
Het parket had in een schriftelijk advies – evident ten onrechte - voorgehouden dat de bepalingen van fair trial uit het EVRM niet van toepassing zouden zijn.
De politierechter besluit dat “de verzuchting van de wetgever om een ‘vlugge, efficiënte en krachtdadige’ bestraffing te benaarstigen middels een parallel administratief strafrecht, in casu een broze juridische constructie is waarbij de elementaire rechten van de verdediging en het vermoeden van onschuld (...) flagrant werden geschonden” (Knack.be van 13 10 2016).
Opmerkelijk: dit vonnis dat de Voetbalwet met de twee voeten vooruit tackelt is ondertussen definitief geworden want de Voetbalcel tekende geen cassatie aan.
Voor veel supporters als Jan-met-de-pet blijft de Voetbalwet echter - net als de GAS-wet - de échte klassenjustitie, waartegen nauwelijks verhaal bestaat: een dure en ondoorzichtige procedure die Kafka alle eer aandoet.
Dat zien we hierna (in aflevering 4) in het Gentse case van de man die ik voor de gelegenheid anonimiseer als Franz K.
(IN EEN VOLGENDE BLOG MEER)
Lees ondertussen mijn dossiers over:
- Verzoening.
- de full text van mijn opinie over de Afkoopwet in het ‘Eerste Woord’ in De Gids, het opinietijdschrift van het ACW (Beweging.net) (full text via de link hier).
-m’n justitie-overzicht 2016 hier via Knack.be.
openingscollege carl devos (3)
21 februari 2017
“dat (...) parallel administratief strafrecht, in casu een broze juridische constructie is waarbij de elementaire rechten van de verdediging en het vermoeden van onschuld (...) flagrant werden geschonden”
Politierechter Peter D’hondt in vonnis 13 10 2016
M’n op 30 november 2016 bij
Uitgeverij EPO verschenen boek
‘De kracht van rechtvaardigheid’
is in alle boekhandels te verkrijgen
Voor de eerste commentaren
Voor de reactie van de Leuvense
professoren als respondent bij de
boekvoorstelling van 13 12 2016, klik