Questioning Justice
Questioning Justice
2023/24
Onder #ProtectTheProtest deden deden Kati Verstrepen (Liga voor Mensenrechten), Jens Van Lathem (LABO vzw) en Wies De Graeve (Amnesty Vlaanderen) op 10 februari jl. in De Morgen (link hier) een oproep aan gemeentebesturen om geen GAS meer te gebruiken bij sociale actie. Klachten en data daarover verzamelen ze op www.gasboetes.be
In tegenstelling tot alle vrome politieke beloftes van een tiental jaar geleden, “werd GAS hét instrument om vreedzame actie te bestraffen” stellen de initiatiefnemers voor ‘Ruimte voor protest’ terecht.
Het lappendeken van GAS-boetes wordt voor de intimidering van vreedzame sociale actie gespreid door “een grote variatie aan toelatings- of meldingsprocedures”, en daarenboven gebeurt het uitdelen van GAS-boetes “ook vaak willekeurig”.
Immers, één zondebok wordt uit de groep gehaald voor een boete, als ‘chilling effect’ - zo blijft het voor de overheid een goedkoop gemanagede bedreiging in plaats van een massale (en administratief gezien, dure) bestraffing.
De oproep gaat ook terecht in op de obstakels om de GAS-boete aan te vechten.
Daarbij bekruipt me een déjà-vu-gevoel.
Op de pagina Dossier - GAS van deze website vindt u ruim meer dan 100 opiniestukken, interviews en blogs die ik sinds 2012 over het onderwerp publiceerde.
Wat u er ook vindt: op 15 april 2013 gaf ik op vraag van de kamercommissie Binnenlandse Zaken een hoogst kritisch advies waarin alles voorspeld werd, wat nu (al lang) blijkt.
In ‘De kracht van rechtvaardigheid’, m’n opinieboek voor een ‘betere justitie’, wijdde ik aan GAS een heel hoofdstuk (p. 179 - 192. Daarbij ging ik uit van het verhaal van een ervaringsdeskundige. Immers, m’n jongste zoon voerde ooit, in de Brugse politierechtbank met succes het allereerste (geslaagde) beroep tegen een (Oostendse parkeer-) GAS- boete van 2007 - een primeur die in het Rechtskundig Weekblad van 24 oktober 2009 gepubliceerd werd.
In m’n Openingscollege bij professor Carl Devos demonstreerde ik de valkuilen van een eerdere Gentse GAS-case (lnk hier).
Mijn weg met GAS is dus lang, en in het herfstnummer van Apache, in september 2023, leek ik “een beetje moegestreden” (‘Gemeentelijk Arbitrair Schrikbewind’, interview Esmeralda Borgo)
Het nieuwe Gentse verhaal van Lizz Printz - verdienstelijk in De Morgen vermeld - dat een tijdje geleden ook in de mailbox van je #justitiewatcher belandde is tegelijk bemoedigend en ontmoedigend.
Bemoedigend, natuurlijk omdat Lizz finaal gelijk kreeg.
Laten we het eerst inhoudelijk bekijken.
De Gentse politierechter verwierp weliswaar haar fundamenteel verweer dat het Gentse reglement (aanvraag 3 weken op voorhand voor ‘manifestaties en betogingen’, en een maand voor ‘openbare bijeenkomst in open lucht’) strijdig zouden zijn met het recht op vrije meningsuiting (art. 10 EVRM) en de vrijheid van vergadering en vereniging (art. 11 EVRM). De politierechter baseert zich daarvoor op art. 26, tweede lid van de Grondwet, en de verwijzing aldaar naar “de politiewetten” waarbij de gemeentelijke overheid in “de mogelijkheid moet blijven om de vrijheid van vergadering te verzoenen met de vrijwaring van de openbare orde”.
De politierechter erkent echter wel dat de actie in kwestie (betoging tegen besparingen in de stedelijke kinderopvang) nooit ‘op tijd’ kon aangevraagd zijn tegen de gemeenteraad van 27 juni 2022, waarop dit agendapunt behandeld zou worden. Immers verdedigt mevrouw Printz “een specifieke doelgroep” die pas op 19 juni op de hoogte raakte van een intern document dat aanleiding gaf tot het dringend, spontaan protest.
Iets discutabeler is de geruststelling van de politierechter dat het korte tijdsbestek “er bovendien ook voor zorgde dat de actie geen dermate volkstoeloop kon teweeg brengen zodat er evenmin een ernstig risico was op een verstoring van de openbare orde”.
Met andere woorden: de bijeenkomst bracht hier (volgens de politionele vaststellingen) “een 20-tal personen voor de ingang van het stadhuis, in het bezit van enkele pamfletten en een spandoek” op de been, maar voor een meer imposante demonstratie ware de beoordeling allicht anders geweest.
De urgentie van de betoging loskoppelen van de mobilisering ervan (iets wat kleine organisaties ook moeilijk kunnen voorspellen) is een juridische brug in de redenering die niet overtuigt.
De rechter aanvaardt wel uitdrukkelijk de zgn. ‘Immediate response test’ omdat de actie inderdaad “het meest zinvol is op een moment dat er nog beslist dient te worden: het laat de actievoerders toe hun argumenten en bezorgdheden onder de aandacht te brengen op het ogenblik dat de gemeenteraadsleden erover zullen debatteren en finaal beslissen”.
Dat die (positief beantwoorde) toets blijkbaar vervolgens beperkt moet worden in geval van een grotere mobilisering, is op zijn minst een twijfelachtige redenering. Een grotere mobilisering illustreert soms de tussenkomst van een meer efficiënte organisatiestructuur, maar toch ook de urgentie en het belang van het debat.
Kleine groupuscules die plots in guerillia-stijl opduiken kunnen een gevaar betekenen voor de ordehandhaving, terwijl grote, maar spontane optochten prefect vredevol kunnen verlopen.
Eens dat de ‘toetsing van de onmiddellijke reactie’ tot een positief antwoord van legitieme actie leidt, is het formaat van de mobilisering een aandachtpunt voor de overheid, en niet meer voor de rechter.
De rechter oordeelt immers ‘a posteriori’ - een beetje als ‘schipper aan de wal’, of scheidsrechter na de match. Het momentum is echter de match zelf. De overheid kan tijdens de match nog altijd begeleidende politionele maatregelen nemen (bv. traçé van een optocht, screenen van delegatie..) maar at random - of selectief aan de hand van welk criterium ? - geplukte deelnemers ervan intimideren door GAS- boetes is niet de weg die een democratie bewandelt.
Dit vonnis biedt dus een sprangel hoop, maar net nog iets te weinig.
De les van de case ‘Printz vs Stad Gent’ ligt echter nog elders: het formalisme en de ‘timor litis’.
Wie heeft de moed om tegen de juridische machine van de GAS-boetes op te boksen ? Iedereen die dit probeert, bokst boven zijn gewicht. Geen enkele burger is daarvoor genoeg getraind, tenzij bijgestaan door gespecialiseerde advocaten. Ieder beroep zal leiden tot een netto financiëel verlies: als dat al niet de bedoeling van het hele afschrikkende GAS - systeem was, is het goed uitgekomen.
De ‘feiten’ in de case Printz vs Stad Gent dateren van 27 6 2022. Tegen de beslissing van de GAS-ambtenaar van 6 9 2022, tekende Lizze Printz nipt tijdig ‘beroep’ aan op 6 oktober - net niet te laat.
Terloops: alhoewel tot vervelens toe gesignaleerd, is het in de computermodellen van Justitie nog steeds niet doorgedrongen dat het beroep tegen GAS-boetes geen “hoger beroep” is maar een “beroep”. Geen “hoger beroep” tegen de beslissing van een onafhankelijk rechter, maar een éérste beroep op een onafhankelijk rechter (hier nog met een beperkte bevoegdheid overigens..) tegen de beslissing van een tijdelijk benoemde ambtenaar.
Och, een verschil dat ze in Hongarije en Polen al een tijdje kwijt zijn, maar laten we neit afdwalen.
Maar dat een Belgisch rechter in ieder GAS-vonnis de GAS-ambtenaar tot ‘eerste rechter’ promoot, daar blijven mijn grijze haren van overeind gaan.
In december 2022 kwam de zaak van Lizz voor, en dan werden “conclusietermijnen” door de rechtbank bepaald. Wat conclusietermijnen en conclusies zijn, en aan welke voorwaarden conclusies moeten beantwoorden, dat is niet iets waar veel burgers kaas van gegeten hebben zonder een paar jaar universiteit.
Dat rondje ‘concluderen’ kost dan een jaartje tijd, en dus wordt de zaak in december 2023 gepleit. Geduld in justitie, het is een deugd.
En dan sta je daar, een jaar later tegenover een gespecialiseerde advocaat van de Stad, die van jou nog een royale rechtsplegingsvergoeding eist bovenop de kosten die je al uitgaf aan dit ‘beroep’ (rolrecht en bijdrage fonds voor juridische tweedelijnsbijstand).
Moraal van het verhaal: het zal je leren ?
Al vele jaren durf ik mensen die me mailen, geen ‘beroep’ aanraden tegen GAS-boetes omdat ik vrees dat ze verloren zullen lopen in de krochten van de GAS-procedure. En dan nog een dure rechtsplegingsvergoeding zullen moeten ophoesten, soms tot ver boven de 1.000 euro.
Zo betalen ze hun ‘Stad’ minstens drie keer: één keer voor de GAS-boete, een tweede keer om op hun kosten als belastingsbetaler tegen hen door de stadsadvocaat te laten procederen, en een derde keer voor de rechtsplegingsvergoeding die ze aan die advocaat van hun eigen Stad als ‘lesje voor later’ moeten betalen.
Als er dan toch af en toe successen behaald werden, was dit vaak het werk van pittig juridisch werk, hetij via een advocaat, hetzij via een juridische ghostwriter.
Eén, bijna hilarische, maar zeer verdienstelijke overwinning - naast die van de Brusselse Vlaamse vlaggenzwaaiers op 21 juli - moet ik vermelden, en is eigenlijk een toneelstuk waard: hoe de oppositie van tabakstad Wervik collectief voor de GAS-ambtenaar moest verschijnen - de secretaris van de gemeente nota bene - op bevel van de burgemeester (zie foto hiernaast, en opinie op Knack 2 8 2014 - link hier).
Jaren na mijn stukken daarover op Knack heb ik met die burgemeester een toevallig en kort gesprekje gehad, en we konden er beiden sportief mee lachen.
De enige die nog niet tot inkeer gekomen is, is de GAS - wetgever zelf.
Net daarna, werd het stadsbestuur van Gent al teruggefloten door de Gentse politierechter in verband met de ‘Plas-actie’ tijdens de Gentse Feesten. In Knack van 29 9 2014 besloot ik “ Een betere demonstratie is nauwelijks mogelijk: de Gemeentelijke Administratieve Sancties zijn het schoolvoorbeeld van een nepjustitie van willekeur, regelneverij en spilzucht voor politieke doeleinden. Alles wat de rechtstaat kan missen als kiespijn. En alles wat een rechtse staat liefheeft”.
Maar als GAS nu eens iets à la SLAPP was ?
SLAPP staat voor ‘Strategic Lawsuit Against Public Participation’, intimiderende juridische acties, tegen burgers, vaak journalisten, met de enkele bedoeling hen het zwijgen op te leggen in het maatschappelijk debat.
Het is een onderschatting te denken dat dit enkel het werk is van grote magnaten, om hun imperium, dubieuze contacten en geniepige plannetjes geheim te houden.
Een veelvoudige vorm van onderdukking van het publiek debat heeft ondertussen wortel geschoten, vaak tegen kleine intiatieven en met andere technieken dan de klassieke bedreigende brief van een BV-advocaat of een bangmakende procedure met een megalomane schadeclaim.
SLAPP is een virus met varianten.
Zo stuurde in Ieper het Parket - via een onbestaande procedure - een ‘aanmaning’ aan een burger om z’n protest tegen een bedrijf in de buurt te stoppen.
Er is hoop, tegen wanhoop in: de Ieperse rechter stuurde het Parket - en het daarmee ook het bedrijf wandelen. Niet de burger, maar de intimidatie werd een halt toe geroepen.
Zo is het al te vaak ook voor GAS. Een al te makkelijk arsenaal voor de steeds sterkere overheid, als overmacht van de onmondig gemaakte burger.
Machtige spelers op het maatschappelijk veld, creëren iets als een ongelijke rugby-match: ze rammen zich ruw en rauw overheen de verdediging, hoe verdienstelijk ook in hun categorie.
Maar met de overheid zit dat nog slechter.
De onevenredigheid in de krachten is daar nog vele keren groter. Daar is nauwelijks sprake van een match. Die match heeft al te vaak niet eens plaats. En de regels zijn geschreven op het lijf van de sterkste partij. De regels voor de zwakkere, bieden hoogstens het doekje voor het bloeden. Reken zelfs niet op een troostprijs.
GAS is dus maatschappelijk minstens even ingrijpend als SLAPP, democratisch gezien, minstens zo gevaarlijk, en net door de discrete verspreiding van de slachtoffers, van een stille toxiciteit die het democratisch debat verstikt.
GAS is niet de spectaculaire juridische overvaltechniek met een SLAPP-miljoenenclaim, maar een dodelijke ondermijning van het democratisch gestel, druppel per druppel, boete per boete,
geIsoleerde burger per geïsoleerde burger.
Moedige mensen zoals Lizz Printz bieden hoop voor hun dapperheid, maar hun verhaal ilustreert de loodzware, verticale justitie, met hoge toegangsdrempels en keiharde afstraffingen voor wie struikelt in de afvallingskoers.
GAS is een schande voor de rechtstaat, een schande voor de normen van ‘fair trial’ die John Rawls uittekende, aan aan wie ik daarover - in een Gentse case - m’n brief schreef in De Juristenkrant van 27 9 2017.
Het minste wat gemeenten - zolang de kanker van GAS toch ongeremd verder woekert - voor hun burgers zouden kunnen doen, is het weerwerk via makkelijk te vinden (pagina’s op) websites en laagdrempelige procedures faciliteren.
Daar is niet veel tijd meer voor.
Binnen minder dan een jaar zullen sommige gemeentebesturen onherkenbaar verminkt zijn, de democratische ethiek geruild voor een autoritaire reflex, ambtenaren door #AltRight burgemeesters en schepenen, onder Trumpiaanse druk gezet, en burgers weerlozer dan ooit.
Zeg niet dat je #justitiewatcher je - sinds lang - niet gewaarschuwd heeft.
WAT als gas slapp wordt?
18 februari 2024
GAS is dus maatschappelijk minstens even ingrijpend als SLAPP, en democratisch gezien, minstens zo gevaarlijk, want net door de discrete verspreiding van de slachtoffers, van een stille toxiciteit die het maatschappelijk debat verstikt