my sabbatical year
my sabbatical year
2011/12
Een prijsverschil tussen €250 en €3.870 (15 x) voor dezelfde prestatie ter “bescherming” van gehandicapten ? Het bestaat. Maar eerst dit kleine zinnetje. Misschien verpinkte ik niet, maar het kwam hard aan. Een vergadering van gespecialiseerde welzijnswerkers en juristen over ‘voorlopige bewindvoering’. Ook over conflicten met vrederechters en bewindvoerders, die laatsten soms massaal aangesteld, en onbegrijpelijk royaal beloond. “Het probleem met jullie, vrederechters, is dat iedereen, iedereen beschermt”. Allusie op een omerta. Erg. Confrontatie tussen wat we van vrederechters verwachten, en de vraagtekens die ze opleveren. Daarom een tweede voorbeeld dus, na de blog van 28 april al (voor ‘rechtse rechters’, link hier). Nu niet over ‘onderhoudsgeld’, maar ‘voorlopige bewindvoering’, en wat dat dreigt te kosten.
Eerst even over ‘het aantal’:
In 2010 telden we voor heel België 10.774 nieuwe voorlopige bewindvoeringen, na een jaarlijks vrij graduele stijging. Tegenover 2005 (6.265) betekent dit een verhoging met niet minder dan 72 %.
Want u hoorde het recent: de Wereldgezondheidsorganisatie verwacht tegen 2030 bijna een verdubbeling van het aantal mensen met dementie, en dit vooral naar aanleiding van de gestegen levensverwachting. Anno 2012 is in België bij 165.000 personen een diagnose van dementie gesteld, maar Professor Van Broeckhoven waarschuwt dat dit slechts het “topje van de ijsberg” is (klik hier voor de link naar VRT De Redactie van 12 04 2012 daarover).
Dit betekent enkel en alleen voor dit publiek binnen de 20 jaar meer dan een kwart miljoen patiënten in België. Wat we vandaag in deze sector aanpakken, lijkt dus nog maar op ‘proefdraaien’.
A judge who cares…. I hope.
Voorlopige bewindvoering, de vrederechterlijke bescherming van vooral kwetsbare bejaarden, is de bevoegdheid die vrederechters wellicht het pijnlijkst dicht bij de burgers brengt: van ziekenhuisbed tot keukentafel, van intensive care tot pluche salons, bij ontroerde families of vereenzaamde enkelingen. Vandaag een comapatiënt die verleden week nog een fitte wielertoerist was. Of verslaafden, jarenlang door drugs of alcohol verteerd. Of wegglijdende Alzheimers, waarvan ik me nog de trage glimlach goed herinner. Je dringt in de privésfeer door, en probeert een “bezorgde rechter” te zijn in de Angelsaksische betekenis: ‘a judge who cares’.
Maar ‘voorlopig bewind’ gaat ook, en soms vooral over centen. Soms krijg ik ook de indruk dat het niet enkel gaat over de “materiële belangen” van de ‘beschermde personen’, maar over de centen van andere beschermelingen: de professionele voorlopige bewindvoerder.
Vroeger werd tussen een aantal advocaten figuurlijk gevochten voor het curatorschap in faillissementen. De collectieve schuldenregeling blijkt ook een gegeerde opdracht. Het echte ‘gat in de markt’ voor advocaten lijkt echter het ‘voorlopig bewind’.
Wie ?
Vrederechters dienen bij voorkeur een familielid aan te stellen als voorlopig bewindvoerder. Familieleden worden voor die opdracht niet vergoed. Die wettelijke voorkeur wordt echter om allerlei redenen in veel gevallen niet gerespecteerd, of is in andere gevallen niet toepasbaar, zodat advocaten die opdracht verkrijgen. De wet voorziet voor hen als ‘professionelen’ een honorering à rato van maximum 3% van de inkomsten.
Rechtbanken legden officiële lijsten aan voor deskundigen en curatoren. Niet zo voor voorlopig bewindvoerders, waar het aanstellingsbeleid een puur persoonlijke keuze van de vrederechter is. Transparantie nihil. Willekeur dus mogelijk: “horresco referens” schrijven we daar dan braafjes bij.
In hun handboek ‘Het voorlopig bewind (Larcier, 2007) merken Thierry Delahaye & Christoph Castelein terecht op: “ Het bijhouden van een geïnformatiseerde lijst van voorlopige bewindvoerders in functie zou vast en zeker een nuttig werkinstrument uitmaken, bijvoorbeeld in het kader van een intranet op het niveau van de vredegerechten”. Eigenlijk onbegrijpelijk dat hier nog steeds geen resultaat in geboekt is, op enkele lokale initiatieven na. Geen prioriteit, betekent eigenlijk ook hier: geen toeval, want een beleid.
Wie niet ?
De HRJ adviseerde op 26 april 2006 (link hier) dat vrederechters die opdracht van ‘voorlopig bewindvoerder’ niet zouden uitdelen aan hun plaatsvervangende vrederechters. Citaat uit deze onverbloemde kritiek van de HRJ:
“Als overblijfsel van een vroeger wijder verbreide praktijk die echter in bepaalde arrondissementen of bepaalde kantons nog hardnekkig is, worden juridische mandaten toegekend aan plaatsvervangende rechters (voorlopig bestuur, curatele van faillissementen, curatele over onbeheerde nalatenschap, enz.). Is dat een vorm van tegenprestatie voor bewezen diensten ? Geen enkele magistraat geeft dat uitdrukkelijk toe. Blijkbaar lijkt de evolutie van de gevoeligheden echter in de richting te gaan van een wijziging van de gewoonten. Om iedere vorm van dubbelzinnigheid te vermijden dient de situatie evenwel te worden uitgeklaard.”
De praktijk blijft niettegenstaande de “mogelijke collusie “ echter bijna overal onverstoord verder doorgaan “omdat de vrederechter hun capaciteiten en vooral betrouwbaarheid kent”. (citaat uit handboek ‘Voorlopig Bewind’ van Bertouille, Rotthier, & Van den Eeden – deze laatste zelf lid van de HRJ). Die kringredenering leest bijna als een pleidooi om toch maar verder te werken in een “ons – kent – ons” – sfeertje.
Naar het aanpalende kanton uitwijken is dan de slimme suggestie (B. Vanrobays in Journal de Tribunaux 2008, 615, nr 5). Plaatsvervangende magistraten genieten (of ondergaan) nochtans overal het ‘voorrecht van rechtsmacht’, met alle problemen vandien voor henzelf, maar vooral de klager (voor m’n VRT Opinie De Redactie over ‘Pleidooi voor rechters zonder voorrecht’, klik hier).
Het advies van de HRJ krijgt daarenboven weerwerk als “basé sur une sorte de méfiance de principe” (Jean Jacques Masquelin in Liber Amicorum E. Jakhian, die weliswaar toegeeft: “D’autre part, il y a eu parfois des abus considérables”).
Die stelt overigens verder de retorische vraag over het toezicht van de vrederechter : “Le controle n’est-il-pas purement théorique ?”.
Allemaal niet geruststellend.
Voor hoeveel dossiers ?
Een einde stellen aan de misbruiken voortvloeiend uit de massale toewijzingen van mandaten aan de vroegere “algemene voorlopige bewindvoerders” (aangewezen per psychiatrische instelling), was één van de grote aandachtpunten van de wet van 18 juli 1991.
Toch werd in de wet geen maximum aantal dossiers vermeld: dat zou volgens art. 488bis c, §1, vierde lid Ger.W. gebeuren bij K.B., waarop …. het nu al meer dan 20 jaar lang wachten is. Je vraagt je af waarom.
Geen toeval dus dat ondertussen “industriële” pakketten van bewindvoering bleven bestaan bij een ‘happy few’ van advocatenkantoren.
Eigenlijk hebben die daarenboven ook lang een clandestien bestaan geleid, want precies waar de aanstellingen het meest gemonopoliseerd werden, gebeurde – zonder de minste wettelijke motivering – ook geen publicatie van de aanstellingen in het B.S. (zoals al opgemerkt in ‘Malades mentaux et incapables majeurs, Emergence d’un nouveau statut civil’ van G. Benoit wijlen Isabelle Brandon, & Jean Gillardin, p. 349 – 350.).
Verontrustend.
Voor welke vergoeding $$€€ ?
In de eerste plaats mankeert transparantie.
Wat zijn “inkomsten” waarop een professioneel voorlopig bewindvoerder maximum 3% vergoeding mag toepassen ? Of vooral wat niet ? Het lijkt enkel evident dat de verkoop van een woning een “kapitaal” is en geen “inkomen. Daarnaast is er ook een mogelijkheid tot toekenning van vergoeding voor “buitengewone prestaties”.
De vergoedingsregeling die per vredegerecht varieert, lijkt wel hun best bewaarde geheim. Dit is compleet onaanvaardbaar en is om problemen vragen.
Ter vergelijking: inzake deskundigen voorziet art. 972 §2 Ger. W. dat de rechter beslist over “de raming van de algemene kostprijs van het deskundigenonderzoek, of tenminste de manier waarop de kosten en het ereloon van de deskundige en de eventuele technische raadgevers zullen berekend worden”.
Partijen weten dus in zekere mate in een expertise welke kosten zij riskeren: door die regel, zijn deskundigen in de praktijk verplicht hun tarifering vooraf in de griffies te deponeren, ter inzage voor toekomstige procedures.
Niets van dit alles in de veel wijdere en meer onbekende waaier van vergoedingen voor een voorlopig bewindvoerder.
Eén uitzondering: op de vroegere site van het vredegerecht Roeselare, werden die “tarieven” gepubliceerd. Zoals ze tot en met 31 08 2011 toegepast werden (en blijkbaar ook tot nu toe) vindt u ze op de FAQ site van deze blog (link hier).
Voor een verkoop van een woning: forfait van €250: bewindvoerders zijn inderdaad geen immobiliënagentschappen, maar soms lijkt het er wel op.
In de tweede plaats is er een levensgroot probleem van, u raadt het … €€€€€
Het gaat natuurlijk niet om de “arme bewindvoeringen” waar enkel een pensioentje of levensminimum binnendruppelt , maar vooral waar een on(t)roerend goed verkocht wordt.
Nu even (nog) niet over de soms heel betwistbare motieven waarom een woning verkocht zou worden (en waarover een balorige vrederechter soms slag moet leveren tegen een verkoop-grage bewindvoerder in), maar over wat zo’n verkoop opbrengt voor de voorlopig bewindvoerder.
De eerste echte tarifiëring daarover was te lezen in de Journal des Tribunaux van 2002, 548 e.v. waarbij uitdrukkelijk uitgegaan werd van een aanbeveling van “les juges de paix de la section carolégienne de l’Union royale des juges de paix”, dus de afdeling Charleroi van de vzw KVVP.
De (lange jaren in goede tijden makkelijke) verkoop à 150.000 € van een woning van van een ‘beschermde persoon’ kan daardoor qua vergoeding voor de voorlopig bewindvoerder forfaitair €250 belopen (destijds in het kanton Roeselare - link hier) of procentueel €3.870 in één der vredegerechten van het arrondissement Charleroi (4% op de schijf tot €25.000, vervolgens 3% tot 62.000, dan 2% tot 150.000, en daarboven 1%).
Door die procentuele berekening van vergoedingen, wordt het ‘kapitaal’ van een woning eigenlijk als ‘inkomen’ beschouwd...
Nauwelijks concurrentieel: de vredegerechten van het arrondissement Nijvel
Daar brengt een verkoop van een zelfde woning van €150.000 aan de professionele bewindvoerder €3.500 op (3% tot €100.000, daarboven 1%).
Het document dat daarover destijds verspreid werd draagt de hoofding “Assemblée générale des juges de paix de l’arrondissement judiciaire de Nivelles” (editie 30 10 2008).
Dergelijke “assemblée” bestaat juridisch niet. De enige ‘algemene vergadering’ van vrederechters (met politierechters samen) is voorzien door art. 340 e.v. Ger.W. en wordt tot dusver georganiseerd per hof van beroep, dus niet per arrondissementele koffiekrans in akkoord met de betrokken advocaten – bewindvoerders – lees : belanghebbenden.
Recentst van al: publicatie in het Tijdschrift voor de vrederechters (uitgave die Keure, link hier).
Het KVVP (link hier) groepeert ongeveer 60 % van de vrede- en politierechters van het land. Ondergetekende was er - bewust - geen lid van, maar droeg met tal van gepubliceerde vonnissen (link hier) bijna een kwart eeuw lang bij aan het toonaangevende Tijdschrift voor de vrederechters, onder de onvolprezen hoofdredactie van vrederechter Guy Rommel.
In die zeer recente publicatie (Tijdschrift van de vrederechters 2011, 475) preciseert vrederechter de Frésart dat dit tarief van Cherleroi tot stand kwam:
(1) “en concertation avec les avocats régulièrement désignés dans l’arrondissement de Charleroi”, met dien verstande dat
(2) dan nog een mogelijkheid bestaat voor “une grande liberté de maoeuvre lorsque la situation le justifie”.
Eigenlijk ook 2 elementen, die helemaal niet geruststellen vanuit het standpunt van de ‘beschermde persoon’.
Dezelfde bijdrage van vrederechter Charles-Edouard de Frésart (Wavre 2ème canton) noteert dat dit “advies” van de vrederechters van Charleroi “a été assez rapidement suivi par d’autres, dont celui de NIvelles en octobre 2002”.
Het enthousiasme van de advocaten - bewindvoerders is - gelet op de tarieven - niet onbegrijpelijk.
En de Hoge Raad voor de Justitie ?
Blijkbaar baat het niet dat de HRJ ondertussen in een ander advies, op 21 april 2010 (link hier) een streep trok door het in rekening brengen van “opbrengsten van verkoop” als “inkomsten” (die maximum à 3 % een de bewindvoerder zouden toekomen), A propos, ik zal het zelden met de HRJ zo eens geweest zijn ;-) (voor m’n blog van 13 03 2012 over een “HRJ-probleempje”, klik hier).
In de voormelde publicatie in het Tijdschrift voor vrederechters van zijn tarifiëring lacht vrederechter de Frésart de HRJ eigenlijk subtiel uit: “Il n’est pas certain que l’avis du Conseil Supérieur de la Justice puisse avoir fait changer des choses là où les frais et honoraires ont fait l’objet d’une concertation entre les juges de paix et des administrateurs provisoires”. (T. Vred. 2011, 477).
De ex-collega, met wie ik destijds lang correspondeerde, heeft een fijn gevoel voor humor, en een vlijmscherpe pen.
Begrijp het ondertussen wel goed: als vrederechters het op een akkoordje gooien met de advocaten – bewindvoerders, kan ook de HRJ daar niet omheen (er zijn natuurlijk ook pittiger manieren om dit uit te drukken).
Maar de ‘beschermde persoon’ en zijn familie daarin ???
Het resultaat sindsdien.
Tussen Roeselare en Charleroi gaat het dus voor dezelfde prestatie om een stijging van 100 naar 1.548%, ja 15 x meer. Als vermenigvuldigingsdans kan dit tellen.
Het betoog van vrederechter de Frésart in het Tijdschrift van de vrederechters vermeldt zelf dat volgens zijn “steekproef” ondertussen niet minder 23 kantons de procentsgewijze honorering van Charleroi toepassen (tegenover slechts 6 met een forfait, en 50 met een “uurloon”). Sinds de publicatie - die als aanbeveling begrepen dreigt te worden - zal de duurste methode van berekening (het %) wellicht maar toenemen.
De perverse effecten…
Precies omwille van die financiële “neveneffecten”, wantrouwt een breed publiek tegenover een nochtans excellente en kritiek noodzakelijke wetgeving die nu al te weinig toegepast wordt.
Jarenlang pleitte ik tegenover recalcitrante familieleden dat een professionele ‘voorlopige bewindvoering’ - indien noodzakelijk - wettelijke bescherming biedt 24uur/24 aan een kostprijs die niet veel hoger uitvalt dan een ‘premium all in’ rechtsbijstandsverzekering.
Waar dat nu veel duurder dreigt uit te vallen is, wordt door de familie van wilsafhankelijke patiënten de ‘trukkendoos’ opengetrokken om met alle mogelijke middelen de voorlopige bewindvoering uit te stellen, of te ontwijken.
Dat leidt dus precies tot wat de wetgeving poogt te vermijden: een familiaal trek- en duw-spel waar de kwetsbaren het slachtoffer van zijn, want voor hen - en eigenlijk niet voor hun toekomstige erfgenamen - is nochtans die rechtsbescherming bedoeld.
Moraal van het verhaal:
De voorlopige bewindvoering moet transparant georganiseerd en billijk bijgestuurd worden op het vlak van vergoedingen en kosten van de professionele voorlopig bewindvoerder, om z’n doel te kunnen bereiken.
Zal de wetgever z’n verantwoordelijkheid opnemen, of is ook hier de lobby al te sterk geworden ?
Ik zou hopen dat het national congres van de vrederechters, straks in Antwerpen, hier nog eens goed over zou nadenken: immers kun je nauwelijks een duidelijker advies voor tarifiëring geven, dan het in je – gewaardeerd - tijdschrift te publiceren. In dit geval geen goede boodschap: aan zo’n kille tarieven dreigt de ‘nabijheidsrechter’ zich niet alleen aan de kant te laten zetten, maar ook de prijs van de geloofwaardigheid te betalen.
Photo of the day:
Tijdschrift van de vrederechters: aanbevolen lectuur.
Press of the day:
10 05 2012 “Eerder onverwachte voordracht” (Procureur Turnhout) De Redactie VRT
09 05 2012 “Tuchtonderzoek naar fraudejager” (DS)
09 05 2012 ‘Diamant’ (Hugo Camps in DM)
08 05 2012 ‘Karachi, Bettencourt, Kadhafi: le citoyen Sarkozy sur la sellette’ (Le Monde)
08 05 2012 ‘Fraudejagers verlaten Antwerps parket’ (DM)
08 05 2012 ‘Onderzoeksrechter Turnhout gewraakt omdat echtgenoot bevriend is met klager” (NB)
08 05 2012 ‘Vrouw van PG Liégois eist €19.000 van De Morgen’ (DM)
07 05 2012 ‘Pleidooi voor censuur’ (Thomas Blondeau in DM)
You Tube of the Day:
Met dank aan Pierre Lefranc van ‘Magistratuur & Maatschappij’ voor de inspiratie.
Quote of the day:
“Soyez partiaux. Pour maintenir la balance entre le fort et le faible, le riche et le pauvre, qui ne pèsent pas d'un même poids, il faut que vous la fassiez un peu pencher d'un côté. C'est la tradition capétienne. Examinez toujours où sont le fort et le faible, qui ne se confondent pas nécessairement avec le délinquant et sa victime. Ayez un préjugé favorable pour la femme contre le mari, pour l’enfant contre le père, pour le débiteur contre le créancier, pour l’ouvrier contre le patron, pour l’écrasé contre la compagnie d’assurance de l’écraseur, pour le malade contre la sécurité sociale, pour le voleur contre la police, pour le plaideur contre la justice...”
Le substitut du Procureur de la République, Oswald Baudot (voir You Tube of the day - lien ici).
Poem of the day:
“ Neutralité cet instant
comme un centre égalisant un peu
jusqu’à rien ce que je connaissais encore
et ce que je connaissais déja
Non le noeud mais le nu
entre les atteintes de l’avenir
et les costumes du passé
seulement instant cette absence
...
Afzijdigheid dit ogenblik
als een middelpunt dat
wat ik nog kende
en wat ik reeds ken
een beetje in evenwicht brengt
Niet het kluwen maar het naakte
tussen de inbreuken van de toekomst
en de vermommingen van het verleden
dit ogenblik enkel afwezigheid”
Christian Dotremont, ‘Chronique’ (uit ‘Ceci n’est pas une poésie’, Een Belgisch-Franstalige Anthologie belge francophone’ van Barnard, Dirkx & Lambersy (Atlas 2005)
Dure vl€gels, dure $ector ?
10 mei 2012
Aan zo’n kille tarieven dreigt de ‘nabijheidsrechter’ zich aan de kant te laten zetten, maar ook de prijs van de geloofwaardigheid te betalen.